Toegangscontrole

Aan elke gebruiker op het bedieningspaneel kan één toegangskaart worden toegewezen.

De toegangscontrole configureren voor een gebruiker:

  1. Blader naar GEBRUIKERS>BEWERKEN.

  2. Druk op OK.

  3. Blader naar de gebruiker die u wilt configureren, en druk op OK.

  4. Blader naar TOEGANGSCONTROLE en druk op OK.

In de volgende secties worden programmeeropties voor de optie toegangscontrole beschreven voor de geselecteerde gebruiker.

Kaart handmatig toevoegen

Als de kaartindeling van het kaartnummer bekend is, kan de kaart handmatig worden gemaakt.

De locatiecode van de kaart wordt geconfigureerd voor het gebruikerprofiel dat is toegewezen voor deze gebruiker.

  1. Blader naar VOEG KAART TOE.

  2. Druk op OK.

    Er is een lege kaart toegevoegd die nu kan worden bewerkt.

Kaart leren
 

OPGELET: Alleen kaarten met een ondersteunde kaartindeling kunnen worden ingeleerd.

Als het kaartnummer of de kaartindeling niet bekend is, kan de kaart worden gelezen en de informatie worden ingeleerd.

  1. Blader naar KAART INLEREN.

  2. Druk op OK.

  3. Selecteer de deur waaraan de kaart wordt gepresenteerd.

  4. Druk op OK.

     

    OPGELET: De nieuwe kaart kan worden gepresenteerd bij de ingangslezer of uitgangslezer van de geselecteerde deur.

  5. Presenteer de kaart bij een kaartlezer van de geselecteerde deur.

    De informatie voor de nieuwe kaart wordt ingeleerd.

Kaart bewerken

Als een toegangskaart al is toegewezen aan een gebruiker, kan dit worden gewijzigd via het bediendeel:

  1. Blader naar KAART BEWERKEN.

  2. Druk op OK.

  3. Bewerk de gebruikersinstellingen die in onderstaande tabel worden weergegeven Toegangscontrole.

  4. Druk op TERUG om het menu te sluiten.

Toegangscontrole

Eigenschap

Omschrijving

Kaartnummer

Voer kaartnummer in. Voer 0 in om de toewijzing van de kaart op te heffen.

Kaart verloopt

Vink aan om tijdelijk deze kaart te blokkeren.

Verlengde tijd

Verleng deurtimers wanneer deze kaart wordt gepresenteerd.

PIN overbruggen

Een deur openen zonder PIN bij een deur met PIN-lezer.

Prioriteit

Prioriteitskaarten worden lokaal opgeslagen in de deurcontrollers. Ze geven toegang in het geval van een technische storing waarbij de deurcontroller niet kan communiceren met het bedieningspaneel.

Het maximumaantal prioriteitsgebruikers is:

  • SPC4xxx – alle gebruikers

  • SPC5xxx – 512

  • SPC6xxx – 512

Escort

De functie Begeleiden dwingt af dat kaarthouders met bijzondere rechten andere kaarthouders moeten begeleiden door bepaalde deuren. Als deze functie is ingeschakeld op een deur, moet de kaart met het recht om te “begeleiden” worden gepresenteerd voordat andere kaarthouders zonder dit recht de deur kunnen openen. De periode waarin kaarthouders hun kaart kunnen presenteren nadat een kaart met begeleidingsrecht is gepresenteerd, kan worden geconfigureerd per deur.

Beheerder

Met de functie Beheerder wordt afgedwongen dat een kaarthouder met het recht Beheerder altijd in een ruimte (deurgroep) moet zijn als zich hier andere kaarthouders bevinden.

De beheerder moet de ruimte als eerste betreden. Pas als de beheerder in de ruimte is, mogen andere kaarthouders binnenkomen. De kaarthouder met het recht Beheerder mag de ruimte pas uit als alle kaarthouders zonder dit recht de ruimte hebben verlaten.

Hiermee wordt deze kaarthouder geïdentificeerd als beheerder. De gebruiker met de eigenschap Beheerder moet als eerste een deurgroep ingaan waarvoor een kaarthouder met het recht Beheerder nodig is, en moet deze deurgroep als laatste verlaten.

Kaart wissen

Een toegangskaart die niet meer nodig is, kan worden verwijderd via het bediendeel.

  1. Blader naar KAART WISSEN.

  2. Druk op OK.

Reset kaart

Als de functie “Voorkom passback” is geactiveerd in een ruimte en een gebruiker deze ruimte verlaat zonder de uitgangslezer te gebruiken, krijgt de gebruiker de volgende keer geen toestemming om de ruimte te betreden. De kaart van de gebruiker kan worden gereset zodat deze de kaart nog een keer kan presenteren zonder dat een passbackcontrole wordt uitgevoerd.

De kaart resetten via het bediendeel:

  1. Blader naar RESET KAART.

  2. Druk op OK.